Type: Nieuws
Van zorg naar gezondheid in Zuid-Holland Noord
De Alliantie Positieve Gezondheid Zuid-Holland Noord werkt samen met zo’n 30 partners aan een beweging van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag. Vanuit het gedachtegoed van Positieve Gezondheid bouwen zij aan toekomstbestendige zorg en vitale, veerkrachtige inwoners in de regio. Alles is Gezondheid sprak Ellen van Steekelenburg, programmamanager bij Hecht, GGD Hollands Midden en een van de initiatiefnemers van de Alliantie.
Waar komen jullie vandaan? Wat is de ‘why’ van de regionale samenwerking?
‘De why van de Alliantie staat helder verwoord in onze pledge. Die hebben de bestuurders in 2021 ondertekend met het doel dat inwoners in 2030 ervaren dat beroepskrachten, beleidsmakers en bestuurders denken en doen vanuit een brede blik op gezondheid. Zodat mensen regie kunnen nemen over hun eigen leven en initiatieven in hun wijk kunnen oppakken.
We hebben de samenwerking opgezet in drie fasen van ieder drie jaar. De eerste fase stond in het teken van inspiratie en netwerkopbouw. We hebben leerateliers georganiseerd voor iedereen in de regio, gangmakerplatforms voor aangesloten partners en een jaarlijkse bestuurderssessie voor de ondertekenaars van de pledge. Ook zijn we gestart met een werkgroep ‘Meten is Weten’ om de impact van onze inspanningen te volgen.’
Waar willen jullie heen? Wat laten jullie los, wat doen jullie anders, wat blijft hetzelfde?
‘We zijn trots dat ons project is geselecteerd voor het ZonMw-programma ‘Leren transformeren: van zorg naar gezondheid’. Slechts elf projecten werden gehonoreerd, en wij zijn er één van. Dat geeft ons de kans om in de tweede fase van 2024 tot 2027 écht aan de slag te gaan met samen doen en samen leren.
We hebben het project de naam gegeven: ‘Verder bouwen met de Alliantie Positieve Gezondheid ZHN’. In drie proeftuinen rondom zorgzame buurten, thuisplusflats en mantelzorg onderzoeken en experimenteren we wat we kunnen loslaten, wat beter kan, en wat we verder willen ontwikkelen. Het doel is om samen te leren en verder te bouwen aan de beweging naar gezondheid. De derde fase van 2027 tot 2030 vullen we in op basis van de lessen uit die proeftuinen en de Alliantie. Een mooie bijvangst is dat we ook onderdeel uitmaken van een landelijk lerend netwerk.’
Welke beproevingen kwamen jullie tegen en wat heb je daarvan geleerd?
‘We zitten nu bijna halverwege de looptijd en merken dat het begint te schuren. Toen bestuurders de pledge ondertekenden, wisten ze vaak nog niet precies waarvoor ze ‘ja’ zeiden. Inmiddels zien we verschillen in tempo: sommige organisaties lopen voorop en zijn heel actief, anderen zoeken nog naar hun rol.
Ook intern binnen organisaties kan er frictie zijn. Een bestuurder is misschien enthousiast, maar beleidsmedewerkers of uitvoerenden zijn nog terughoudend. Daarnaast is het samenwerken met inwoners een blijvende uitdaging. We benaderen hen niet alleen als informanten, maar nodigen hen ook uit als medebeslissers. Bij iedere bestuurderssessie zijn inwoners aanwezig, dus we zetten daar zeker stappen in.’
Heb je een held? Iemand of iets die jullie verder heeft geholpen?
‘Ik heb zeker een held: Joris Luyendijk. Hij stapt in onbekende werelden waarin hij zich moet aanpassen en verdiepen. Verder onderzoekt hij complexe systemen, zoals de bankenwereld, en maakt hij die toegankelijk voor een breed publiek. Ik zie hem in zekere zin als een ‘verkenner’ zoals ik dat ook probeer te zijn met de proeftuinen en de Alliantie. Verder is het landelijke ondersteuningsteam van het ZonMw-programma, waarin onder andere het RIVM, Alles is Gezondheid en Nederland Zorgt voor Elkaar samenwerken, voor de Alliantie van grote waarde. Zij ondersteunen de regio’s bij de transitie van zorg naar gezondheid en helpen om verbinding te leggen tussen landelijke partijen en hun ambities. Zo hebben we met hun hulp een groepsintervisie georganiseerd die ons echt verder heeft gebracht en beter zicht op ons vraagstuk heeft gegeven. En natuurlijk was de steun van Alles is Gezondheid in het begin onmisbaar. Zij hielpen ons om de juiste koers te vinden en ondersteunden bij het opstellen en vormgeven van de pledge.’
Wat hebben jullie aan de samenwerking met andere regio’s en netwerken, en hoe willen jullie het liefst ondersteund worden?
‘De uitwisseling met andere regio’s, het ‘lotgenotencontact’, is voor ons erg waardevol. Alles is Gezondheid organiseerde bijeenkomsten waarin we gezamenlijk dilemma’s bespraken. We kregen veel tips over domeinoverstijgend samenwerken en dat is ontzettend leerzaam. Ik hoop dat deze uitwisseling blijft bestaan via het landelijk lerend netwerk. Het is fijn om te sparren met mensen die met dezelfde uitdagingen bezig zijn en vanuit eenzelfde visie werken.
Zelf heb ik ook deelgenomen aan de eerste editie van de Health Transformation Community, en ik zit nog steeds in een intervisiegroep. We komen regelmatig samen en richten ons op uitdagingen die we tegenkomen in de transitie van zorg naar gezondheid. Dat sluit naadloos aan op wat wij al lerende met de Alliantie willen bereiken binnen het ZonMw-project.’
Dit interview is onderdeel van het inspiratiemagazine regionetwerken.
Nieuw: Handleiding Natuur & Gezondheid met praktische handvatten voor zorgprofessionals
Hoe draagt natuur bij aan onze gezondheid? Wat is er wetenschappelijk bekend, en hoe kan deze kennis worden toegepast in de zorgpraktijk? De nieuwste editie van de Handleiding Natuur en Gezondheid biedt antwoorden. De update is tot stand gekomen door een samenwerking tussen Vereniging Arts en Leefstijl, Annette Postma (adviseur Gezond & Groen) en dr. Jolanda Maas (universitair hoofddocent klinische psychologie, Vrije Universiteit Amsterdam).
Deze derde versie van de handleiding bundelt de nieuwste inzichten uit systematische reviews én meta-analyses over de effecten van natuur op gezondheid – met speciale aandacht voor mensen met gezondheidsproblemen. Daarmee gaat het niet alleen meer over preventie, maar ook over herstel en behandeling.
‘We weten inmiddels: natuur werkt. Tijd voor actie in de zorgpraktijk.’
Jolanda Maas doet al bijna 20 jaar onderzoek naar de relatie tussen natuur en gezondheid. Wat begon met een fascinatie voor het effect van groen in de woonomgeving, groeide uit tot een breed onderzoeksveld met inmiddels honderden wetenschappelijke studies als onderbouwing. ‘In 2000 waren er amper studies over natuur en gezondheid. Nu zijn er meer dan honderd kwalitatief goede onderzoeken, en ze wijzen allemaal dezelfde kant op: hoe groener de leefomgeving, hoe beter het voor de gezondheid is.’
De nieuwste versie van de handleiding gaat verder dan eerdere edities. Zo is er nu ook aandacht voor hoe natuur helpend kan zijn bij ziekte of herstel, bijvoorbeeld voor mensen met mentale gezondheidsproblemen of chronische aandoeningen. ‘We zien dat zorgprofessionals vaak intuïtief wel geloven in het positieve effect van natuur, maar dat ze op zoek zijn naar wetenschappelijke onderbouwing en concrete handelingsperspectieven. Precies dat biedt deze handleiding.’
Wat is er nieuw in de handleiding?
Maas benadrukt dat vergroening alleen niet genoeg is. ‘Het gaat erom dat mensen de natuur ook daadwerkelijk gaan gebruiken – in de wijk, op het werk of in de zorg. Dat betekent dat we ook naar implementatie moeten kijken. Hoe kunnen zorgverleners zelf meer naar buiten? Kunnen zij hun patiënten verwijzen naar activiteiten in het groen?’
Nieuw in de handleiding:
- Toevoeging van meta-analyses – sterker wetenschappelijk bewijs;
- Nieuwe paragraaf over natuur bij gezondheidsproblemen (niet alleen preventief);
- Meer praktische adviezen en verwijzingen naar tools zoals de Toolkit Natuur voor Gezondheid (deze verschijnt op 1 juli);
- Duidelijke beschrijving van de vier belangrijkste werkingsmechanismen:
- Leefstijl: stimulans voor bewegen en buiten zijn
- Psychologie: stressreductie, mentaal welzijn
- Biologie: versterking van het immuunsysteem
- Omgevingsfactoren: minder geluid, hitte en luchtvervuiling
De handleiding is bedoeld voor zorgprofessionals die natuur willen inzetten in hun werk. Denk aan artsen, POH’s, verpleegkundigen, fysiotherapeuten, psychologen en professionals in het sociaal domein.
Scholing op 30 juni – Meld je aan!
Wil je weten hoe je deze kennis kunt toepassen in jouw praktijk? Op 30 juni organiseert Vereniging Arts en Leefstijl een scholing over natuur en gezondheid, waarin ook de nieuwe handleiding wordt besproken. Je krijgt niet alleen uitleg van de auteurs, maar gaat ook aan de slag met praktische voorbeelden en handvatten. Hier meld je je aan voor de scholing.
Download de handleiding
De Handleiding Natuur en Gezondheid van Vereniging Arts en Leefstijl is tot stand gekomen in samenwerking met Alles is Gezondheid, op initiatief van Annette Postma van Groen & Gezond.
De totstandkoming is mede mogelijk gemaakt dankzij de betrokkenheid en ondersteuning van: KAMG, Groene Zorg Alliantie, De Groene Huisarts, De Duurzame Verpleegkundige, De Buitenpsychologen en de Vrije Universiteit Amsterdam.
Natuur voor Gezondheid
Hoe zet je natuur in voor gezondheid en welzijn? We lanceerden een nieuwe website!
Vernieuwde Top 10 Natuurinclusief bouwen
Dit inspirerende hulpmiddel biedt concrete handvatten voor een gezonde en natuurinclusieve leefomgeving.
Vernieuwde Top 10 Natuurinclusief Bouwen: gezondheid als concreet doel
De Top 10 Natuurinclusief Bouwen voor Gezonde Bewoners is vernieuwd. Dit inspirerende hulpmiddel biedt concrete handvatten voor een gezonde en natuurinclusieve leefomgeving. Een gezonde leefomgeving ontstaat namelijk niet vanzelf. Het vraagt om visie, samenwerking én praktische handvatten. De vernieuwde Top 10 Natuurinclusief Bouwen voor Gezonde Bewoners biedt precies dat.
Tweede editie top 10
De noodzaak is duidelijk: klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en groeiende gezondheidsverschillen vragen om samenhangende oplossingen. Natuurinclusief bouwen biedt die kans, mits gezondheidsdoelen vanaf het begin concreet en realistisch worden ingevuld door de juiste vakmensen.
In deze tweede editie:
- Zijn de maatregelen verdiept en aangevuld met randvoorwaarden
- Is een procesaanpak toegevoegd om gezondheid vanaf het begin te borgen
- Wordt duidelijk wanneer en hoe de gezondheidssector betrokken moet worden
Met deze vernieuwde aanpak wordt gezondheid niet langer een toevallige opbrengst voor later, maar een expliciet en meetbaar doel in de gebouwde omgeving. Omdat gezondheid concreet en specifiek is uitgewerkt, kan op basis van de doelen uit lokaal gezondheidsbeleid duidelijk gekozen of gespecificeerd worden uit de tien maatregelen. Dit maakt de handreiking een onmisbaar instrument voor beleidsmakers, stedenbouwkundigen, ontwikkelaars en gezondheidsprofessionals.
Domeinoverstijgende samenwerking: natuur, gezondheid en bouw
De kracht zit in de samenwerking. Deze vernieuwde Top 10 is tot stand gekomen door een unieke co-creatie tussen KAN Bouwen, Alles is Gezondheid, Collectief Natuurinclusief en One Architecture mét input van tal van professionals uit de bouw, zorg, beleid en onderzoek. Een samenwerking waarin natuur, gezondheid en bouw écht samenkomen. De koppeling van bouw en ruimtelijke ontwikkeling aan gezondheid creëert kansen voor meer welzijn, leefbaarheid en biodiversiteit in stedelijke en landelijke gebieden.
Annette Postma, netwerkadviseur groen en gezondheid bij Alles is Gezondheid en initiatiefnemer van het project, zegt: ‘In de werksessies die werden georganiseerd om de top 10 verder te ontwikkelen, werd helder dat de gesprekken bij het ontwerpen snel alleen over vergroenen gaan. Maar we willen juist duidelijk krijgen welke gezondheidsvoordelen voor welke doelgroep met de maatregelen bereikt kunnen worden. Daar ligt juist een kans voor koppeling met lokaal gezondheidsbeleid! Deze nieuwe Top 10 wil dus stimuleren dat gezondheidspartijen vanaf de start meedenken over de groene bouwplannen.’
Een speciaal dankjewel dus aan iedereen die tijdens de werksessies heeft meegedacht, jullie inzichten en praktijkervaringen hebben deze versie sterker gemaakt!
De eerste editie werd in ontvangst genomen door toenmalig minister voor Natuur en Stikstof, Christianne van der Wal. Met deze vernieuwde versie zetten de samenwerkingspartners een volgende stap in het verankeren van gezondheid als kerndoel in natuurinclusieve bouw- en gebiedsontwikkeling.
Meer informatie
Lees meer over wáarom natuurinclusief bouwen de gezondheid van de wijk verbetert. Download dan de vernieuwde Top 10 Natuurinclusief Bouwen voor Gezonde Bewoners hieronder.

Groen/gezond met buitenfysiotherapeut Janneke
Janneke de Jong – de Vries is buitenfysiotherapeut in Tilburg. Hoe beweegt zij mensen naar de natuur?
Digitale zorg en welzijn dichtbij: een ondersteuningsnetwerk voor iedereen
Hoe maken we digitale zorg voor iedereen toegankelijk – en waarom is dit zo belangrijk? Daarover interviewden we Marinka Fintelman. Als projectleider van het project ‘Digitale zorg en welzijn dichtbij’ binnen de Alliantie Digitaal Samenleven, werkt Marinka aan praktische oplossingen die digitale zorg toegankelijk en bruikbaar maken voor iedereen. Ze verbindt partijen uit zorg, welzijn en het sociaal domein, en zorgt ervoor dat de ervaringen en behoeften van burgers het vertrekpunt zijn. Met haar focus op co-creatie en samenwerking wil ze ervoor zorgen dat niemand buitenspel komt te staan in de digitalisering in zorg en welzijn.
Eerder al schreven we over onze bijeenkomst op het gebied van digitoegankelijkheid in de zorg. Daar vertelde Marinka al over de activiteiten van de Alliantie Digitaal Samenleven op het domein van zorg en welzijn. Ze legt uit dat, omdat onze samenleving steeds verder digitaliseert, je actief moet werken aan de toegang en ondersteuning voor diegene die dit niet gemakkelijk zelf kunnen, juist ook in de zorg. ‘Dit is belangrijk, omdat juist de groepen die meer zorg nodig hebben, ook vaak de groepen zijn die slechtere digitale vaardigheden hebben. Denk bijvoorbeeld aan ouderen, mensen met een taalachterstand of mensen die geen toegang hebben tot digitale middelen.’
Werken aan digitale inclusie op verschillende niveaus
De Alliantie Digitaal Samenleven werkt op verschillende niveaus en binnen verschillende domeinen aan digitale inclusie. Op basis van die ervaring heeft het ministerie van VWS de Alliantie gevraagd om deze aanpak ook toe te passen in de zorg, die steeds digitaler wordt. Vanuit het Integraal Zorgakkoord (IZA) is er een duidelijke beweging richting hybride zorg, de combinatie tussen fysieke en digitale zorg. Maar dat brengt een uitdaging met zich mee: ‘Hoe zorgen we dat ook de groep die digitaal minder vaardig is of geen toegang heeft tot de digitale samenleving, toegang houdt tot zorg en weet waar ze ondersteuning kunnen krijgen?’
Mensen weten niet waar ze terechtkunnen voor hulp bij digitale zorg
Om die vraag te beantwoorden, deed de Alliantie vorig jaar samen met het bureau Pluut en Partners onderzoek naar hoe mensen zelf aankijken tegen digitale zorg en waar ze naartoe gaan als ze hulp nodig hebben. ‘Een belangrijke uitkomst is dat het ondersteuningsaanbod voor digitale zorg vaak onbekend is bij de mensen die er het meeste baat bij hebben,’ zegt Marinka. De onderzoekers bezochten onder andere een ziekenhuis in de Haagse Schilderswijk, een taalcafé in Valkenburg en een verzorgingstehuis in Hoogeveen om met mensen in gesprek te gaan. ‘Ongeveer de helft van de mensen die we spraken gaf aan niet digitaal vaardig te zijn. En als ze hulp nodig hadden, wisten ze vaak niet waar ze terecht konden. In plaats van bij formele hulpinstanties kloppen ze aan bij hun kinderen, buren of de huisarts. Vertrouwen speelt hierin een grote rol.’
Vicieuze, ongezonde cirkel
Mensen met een lager inkomen hebben vaak te maken met meerdere uitdagingen tegelijk – zoals ongezonde woonomstandigheden, beperkte gezondheidsvaardigheden en lage digitale vaardigheden. ‘Dat vormt een ongezonde vicieuze cirkel,’ legt Marinka uit. ‘Als je huis bijvoorbeeld vochtig of slecht geïsoleerd is, heeft dat direct impact op je gezondheid. Tegelijkertijd is het lastiger om de juiste zorg te vinden of gebruiken als je digitaal minder vaardig bent.’ Voor mensen die al stress ervaren of weinig ervaring hebben met digitale middelen, kunnen al die stappen en platforms echt overweldigend zijn.
Lokale samenwerking als sleutel tot digitale inclusie
Om digitale zorg voor iedereen toegankelijk te maken, zet de Alliantie in op de Lokale aanpak voor Digitale Inclusie. ‘Het doel is zorgen dat zorg, welzijn en ondersteuningsaanbod in gemeenten beter samenwerken, zodat mensen niet verdwalen in het systeem maar snel op de juiste plek terechtkomen.’ legt Marinka uit. In sommige gemeenten bestaan al Netwerken Lokale Inclusie. Zij zetten zich in voor inclusie van alle mensen, maar in veel gemeenten ontbreekt die samenwerking nog. ‘Daarom ontwikkelen we nu in samenwerking met social designbureau Social Envoy en expertisecentrum Pharos een methodiek: hoe kun je lokaal een goed functionerend netwerk opzetten waarin signaleren, doorverwijzen en ondersteunen hand in hand gaan?’ Deze blauwdruk moet zorgen voor een duurzame borging van de samenwerking, het is niet zomaar een project dat na afloop weer stopgezet wordt.
Vier essentiële pijlers voor digitale inclusie
De komende maanden wordt de aanpak in drie gemeentenregio’s ontwikkeld en na de zomer in elf gemeenten en regio’s verder getest. ‘We willen weten: werkt dit in de praktijk? Is dit de basis voor een duurzame oplossing? En hoe kunnen we het verder verbeteren?’ Daarbij ligt de focus op vier pijlers die essentieel zijn voor digitale inclusie:
- Motivatie – Begrijpt iemand waarom digitale zorg belangrijk is?
- Toegang – Heeft iemand een geschikt apparaat en internettoegang?
- Toegankelijkheid – Is de digitale zorgomgeving begrijpelijk en gebruiksvriendelijk?
- Digitale vaardigheden – Heeft iemand de vaardigheden om met digitale zorgomgevingen om te gaan?
Digitale zorg is een middel, geen doel
De Alliantie kijkt ook naar hoe mensen omgaan met digitale toepassingen in de zorg. ‘Neem bijvoorbeeld een app waarmee je dagelijks je bloedsuiker meet. Begrijpt iemand de samenhang tussen de data en zijn eigen gedrag? En kan iemand op basis van die informatie de juiste keuzes maken? Digitale zorg is geen doel op zich, maar een middel. Het is belangrijk dat mensen het begrijpen en hun gedrag aan kunnen passen. In de zorg zien we nog een extra factor,’ benadrukt Marinka. ‘Stress en ziekte kunnen ervoor zorgen dat het moeilijker is om nieuwe vaardigheden te leren. Daarom is het belangrijk dat systemen intuïtief en gebruiksvriendelijk zijn. En dat er ondersteuning is op het moment dat iemand het nodig heeft.’
Doe mee aan de community!
De komende tijd blijft de Alliantie werken aan het verbeteren van digitale inclusie in de zorg. ‘We willen niet alleen zorgen dat de ondersteuning beter beschikbaar is, maar ook dat mensen weten waar ze terechtkunnen. Dat vraagt om samenwerking, herkenning van signalen en een aanpak die aansluit bij wat mensen echt nodig hebben.’
Marinka: ‘Na de zomer starten we met proeftuinen, met als doel om uiteindelijk een landelijke aanpak te realiseren. Werk jij ook aan digitale inclusie in de zorg en wil je aansluiten bij dit project? We brengen professionals samen om ervaringen te delen en van elkaar te leren. Via het Alliantie café, een LinkedIn-community en webinars werken we aan het delen van kennis die we opdoen. Laat ons weten dat je betrokken bent, dan kijken we samen hoe we digitale zorg toegankelijk kunnen maken voor iedereen.’
Inspiratiesessie Toegankelijke Digitale Zorg en Welzijn
Op 7 november kwamen we bij elkaar voor een inspiratiesessie ‘Taal maakt gezonder: Toegankelijke Digitale Zorg en Welzijn’. Wat waren de inzichten?
Alliantie Digitaal Samenleven
‘Iedereen kan mee blijven doen in de digitale samenleving’
Investeren in werk en gezondheid: argumenten voor en tegen
Gezonde werknemers presteren beter, verzuimen minder en zijn gemotiveerder. Investeren in hun gezondheid lijkt een no-brainer, maar toch twijfelen veel werkgevers. Is het een slimme zet of vooral een kostenpost? Wat zijn voor werkgevers argumenten voor en tegen het investeren in de gezondheid van hun werknemers?
Hierover maakten wij samen met de Argumentenfabriek, Institute for Positive Health en het CAOP een Argumentenkaart. Deze argumentenkaart is gemaakt in samenwerking met deelnemers van het 1000+ leernetwerk. Een publiek-privaat samenwerkingsverband waarin organisaties met meer dan 1000 werknemers elkaar helpen een positief werkklimaat te creëren gericht op het fysieke, mentale en sociale welzijn van werknemers.
Download de Argumentenkaart
Werkgevers die een afweging maken om te investeren in de gezondheid van hun werknemers hebben keuzes te maken. Hoe draagt de investering bij aan de strategie van onze organisatie? Wat betekent het voor onze positie in de samenleving? Wat zijn de kosten en baten? Over al deze aspecten vind je argumenten op de kaart voor gesprek en besluitvorming. Professionals en beslissers kunnen met deze kaart weloverwogen keuzes maken of ze investeren in gezondheid op en rond het werk.
Contact
Heb je een vraag of suggestie op gebied van werk en gezondheid? Neem dan contact op met Wouter Touw van het CAOP of stuur een mail naar info@allesisgezondheid.nl, dan vinden we in ons netwerk iemand die je verder kan helpen.
Meer Werk & Gezondheid
De whitepaper: Naar integraal beleid van werk & gezondheid, een interview, relevante artikelen, downloads en meer.
Bewustwording nodig over veiligere werkcultuur in de zorgsector
De zorgsector staat voor een uitdaging als het gaat om het verbeteren van de werkcultuur. Een gezonde werkcultuur in ziekenhuizen, praktijken en instellingen is het fundament van goede zorg, maar juist die cultuur laat helaas op veel plekken te wensen over. Daarom verscheen hierover een artikel in Medisch Contact en organiseerden wij samen met De Geneeskundestudent op 18 maart 2025 een expertwebinar over dit thema. We delen graag de opgedane inzichten.
Wico Mulder van Alles is Gezondheid ging samen met Banu Ozbakir & Margot van Genderen De Geneeskundestudent, in gesprek met Marijn Houwert, Traumachirurg UMCU / bestuursvoorzitter VvAA, Merve Parmaksiz, ANIOS SEH, Rijnstate / bestuurslid De Jonge Specialist, Karin Kaasjager, Hoogleraar Internist Acute Geneeskunde UMCU en Maarten Lijkwan, Vaatchirurg, Albert Schweitzer Ziekenhuis). Zij deelden hun inzichten en ervaringen om bewustwording te creëren en constructieve oplossingen aan te reiken.
Binnen de zorg is hiërarchie noodzakelijk voor heldere besluitvorming, vooral op plekken zoals de operatiekamer waar snelle actie vereist is. Maar deze hiërarchie mag niet uitmonden in een angstcultuur, waarin jonge zorgprofessionals zich niet durven uitspreken. Wanneer een fout niet benoemd mag/kan worden, wordt de veiligheid van zowel professionals als patiënten in gevaar gebracht. De uitdaging is om een balans te vinden waarin autoriteit en expertise niet leiden tot misbruik van macht, maar tot samenwerking en wederzijds respect. Pas wanneer we erkennen dat de huidige cultuur niet altijd veilig is, kunnen we deze veranderen.
Praktische inzichten
Maarten deelde de ervaringen van zijn vakgroep met het opstellen van een gedragscode. Hij benadrukte het belang van voorbeeldgedrag van medisch specialisten. Karin vertelde over haar betrokkenheid bij het thema en het belang van een zorgpact. Ze werkt samen met Regeringscommissaris seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld, Mariëtte Hamer aan een leidraad voor ziekenhuizen om grensoverschrijdend gedrag aan te pakken. En op 5 juni is het allereerste zorgcongres over de aanpak van seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Recente onderzoeken van De Geneeskundestudent en De Jonge Dokter bevestigen dat in de zorgsector sprake is van een hoge werkdruk, strakke hiërarchische structuren en onveilige werkomgevingen. Ervaringen met intimidatie, machtsmisbruik en gebrek aan open communicatie kwamen in ons webinar ook aan bod en hierbij werd negatieve impact heeft op de kwaliteit van zorg duidelijk. Banu Ozkabir en Margot van Genderen deelde de resultaten van het onderzoek ‘ongewensd gedrag’, dat is uitgevoerd door De Geneeskundestudent onder geneeskundestudenten en coassistenten.
Er is een lage meldingsbereidheid onder studenten, omdat ze niet weten waar ze dit moeten doen of omdat ze bang zijn voor de gevolgen. Merve Parmaksiz deelde de enquêteresultaten uit het rapport ‘Gezond en Veilig Werken’ en liet weten dat De Jonge Specialist op 1 april een nieuw anoniem meldpunt lanceert voor arts-assistenten die te maken hebben met ongewenst gedrag.
Gedeelde ervaringen
Verschillende deelnemers deelden hun ervaringen met ongewenst gedrag en de drempels om dit aan te kaarten. Organisaties en individuen ervaren weerstand bij verandering en patronen zijn lastig te doorbreken. De noodzaak om kritisch te blijven kijken naar bestaande werkculturen en verandering te stimuleren werd duidelijk. Merijn Houwert lichte dit toe via de campagne van zorgcollectief VvAA ‘Wat voor collega ben jij? #vaniknaarwij’ die expliciet gericht is op bewustwording en het doorbreken van de niet-functionele hiërarchie in de zorg. Het gaat om compassie, dialoog en elkaar aanspreken. Het gaat niet alleen om bewustwording, maar ook om structurele aanpassingen in beleid en leiderschap, aldus Merijn. Een veilige werkomgeving is niet alleen een kwestie van fatsoen, maar ook cruciaal voor het behoud van zorgpersoneel en de kwaliteit van zorg.
De zorgsector staat voor een uitdaging als het gaat om het verbeteren van de werkcultuur, maar door gezamenlijke inspanning en bewustwording kunnen positieve veranderingen plaatsvinden. Dit webinar vormde een waardevolle stap in dat proces.
Vervolg
In de Week van de Mentale Gezondheid vindt een vervolgwebinar plaats over dit thema. Houd missiementaal.com in de gaten voor nadere informatie: Heb je ideeën of wil je samenwerken? Laat het ons vooral weten.
Meer relevante artikelen en activiteiten
- Lees het recente artikel in Medisch Contact – De hoogste tijd voor een veiligere werkcultuur in de zorgsector.
- Zie ook het artikel van Zembla met Mariëtte Hamer over de zorg: ‘We zijn op zoek naar een nieuwe omgangscultuur’.
- Op zaterdag 10 mei organiseert Alles is Gezondheid samen met De Geneeskundestudent en Student en Leefstijl alweer de 4e editie van Cadeau voor de Co en A(n)io.
Rapport: Ongewenst gedrag
De Geneeskundestudent (DG) heeft een nieuw rapport over ongewenst gedrag bij geneeskundestudenten gepubliceerd.
Oogst bijeenkomst ‘Fit for the Job’ – Samen naar een vitale beroepsbevolking
Hoe zorgen we ervoor dat mbo-studenten niet alleen vakbekwaam, maar ook vitaal en energiek aan hun loopbaan beginnen? Dat was de vraag waarover we ons bogen tijdens de ‘Fit for the Job’-bijeenkomst van 4 maart in den Haag. Een middag vol inspiratie, ideeën en handvatten om samen verder te bouwen aan een toekomst waarin beroepsvitaliteit een centrale rol speelt. Graag delen we de opbrengsten.
Panelgesprek
Onder leiding van Onno Klerk (projectleider en adviseur gezonde omgeving bij JOGG) kwamen verschillende knelpunten en oplossingen aan bod tijdens het panelgesprek met Natascha Fennema (Beleidsadviseur MBO Raad), Tinka van Vuuren (hoogleraar Vitaliteitsmanagement) en Randy Rijke (expert vitaliteit en duurzame inzetbaarheid en projectbegeleider FFTJ).
De panelleden bespraken wat zou kunnen helpen om obstakels als werkdruk, te kort aan docenten en financiële druk bij studenten te verkleinen om zo toch een omgeving te creëren waarin ruimte is voor vitaliteit. Daarnaast is de relevantie van signaleringsinstrumenten, zoals leefstijltests besproken. En in het kader van haar onderzoek ‘Vitaliteitsmanagement: je hoeft niet ziek te zijn om beter te worden!’ deelde Tinka haar kijk op het begrip amplitie, waarbij het draait om het versterken van álle jongeren; Ze leren hoe ze fysiek en mentaal voor zichzelf kunnen zorgen. ‘Wees loyaal aan je latere zelf’.
Interactieve sessies
In de vorm van weetings gingen deelnemers met praatkaarten uit de Toolkit Fit for the Job de diepte in over vitaliteitsonderwerpen. En in grotere groepen is stilgestaan bij de vraag hoe mbo-studenten vitaal en energiek aan hun loopbaan kunnen beginnen, welke aanpak en samenwerkingen hiervoor nodig zijn, en aan de hand van het voorbeeld (Fit for Life | Alfa-college | Alfa-college) gingen we in op hoe je als school beroepsvitaliteit structureel in het curriculum kunt verankeren. Ook zijn knelpunten, succesfactoren en de verbinding met lokale preventieakkoorden besproken. Vervolgens is plenair, onder leiding van Carolien van Velzen, nagedacht over de inzet van de toolkit Fit for the Job.
Oogst van de middag
Uit de verschillende sessies en discussies is een aantal inzichten en concrete ideeën benoemd:
- Pauzes nemen: Stagiairs kunnen beter gebruikmaken van pauzes, dit kan anderen ook stimuleren om mee te doen.
- Cultuur creëren: Zorg voor een cultuur waarin iedereen zijn eigen keuzes kan maken over vitaliteit en welzijn, zonder druk van buitenaf. Cultuurverandering is essentieel voor het succes van initiatieven gericht op vitaliteit. Veranderen kan alleen met ambassadeurs binnen de organisatie die de verandering uitdragen.
- Vroege afstemming: Het is belangrijk dat scholen en leerbedrijven bijtijds afstemmen over vitaliteit, zodat studenten al weten wat hen te wachten staat en wat er van hen wordt verwacht. (Bijvoorbeeld vitaliteit als vast onderdeel van het stageformulier, dat door de driehoek school-leerwerkbedrijf-student wordt ingevuld)
- Aandacht voor welzijn in gesprekken: Naast de vakinhoudelijke gesprekken, zou het welzijn van studenten actief besproken moeten worden, bijvoorbeeld door te vragen naar hun beweeggedrag of hoe ze zich voelen.
- Financiële Obstakels: Veel studenten bevinden zich in een kwetsbare positie, waardoor het moeilijk is om gezonde keuzes te maken, bijvoorbeeld door gebrek aan geld om gezonde lunches te kopen.
- Kleine stappen, groot verschil: Kleine veranderingen kunnen al een groot verschil maken.Denk bijvoorbeeld aan een korte wandelmeeting (weeting), een gezonde lunch of een gesprekje over welzijn. Met de Toolkit Fit for the Job kun je direct aan de slag om dit soort praktische, kleine acties in de praktijk te brengen.
- Samenwerking en draagvlak: De kracht van beroepsvitaliteit zit in de verbinding tussen onderwijsinstellingen, leerbedrijven en studenten. Samen verantwoordelijkheid nemen en best practices delen, zorgt voor draagvlak, zodat vitaliteit niet slechts een thema blijft, maar een blijvende praktijk kan worden.
- ‘Je hoeft niet ziek te zijn om beter te worden’: Een kernboodschap uit de oratie van Tinka van Vuuren, die benadrukt dat we niet pas aan de slag moeten gaan met vitaliteit als er al klachten zijn. Beroepsvitaliteit vraagt om een proactieve, preventieve aanpak—een investering die zich dubbel en dwars terugverdient.
Wil je meer weten over dit thema of heb je ideeën om samen te werken? Neem contact op met Wilfred Dijkstra.
Deze middag werd georganiseerd door JOGG, het Team Gezond Voedsel van de provincie Zuid-Holland en Alles is Gezondheid.
Onderwijs & Maatschappij
Juist in het onderwijs kunnen we een stevige basis leggen voor een gezond leven, vanuit verschillende invalshoeken. Weten hoe?
Toolkit Fit for the Job
Deze praktische toolkit geeft handvatten om beroepsvitaliteit op een eenvoudige en leuke manier te beïnvloeden.
Video: beroepsvitaliteit studenten
Hoe kunnen we er met elkaar en studenten voor zorgen dat zij vitaal aan de slag kunnen?
Onderzoek Menstruatieverhalen: hoe ervaren 33 verschillende mensen hun menstruatie?
Menstruatie en menstruatieproblemen gaan vaak gepaard met schaamtegevoelens, taboes en gebrek aan kennis. Daardoor bespreken vrouwen menstruatieklachten vaak niet of pas laat met hun huisarts. Gezondheidswetenschapper Lisa Zuidema doet onderzoek naar de ervaringen van vrouwen en mensen die menstrueren. Onlangs lanceerde ze de websitemodule Menstruatieverhalen. ‘Via deze verhalen willen we menstruatieproblemen bespreekbaar maken, vrouwen (h)erkenning, informatie en steun geven, en hen aanzetten om hulp te zoeken als dat nodig is.’ We spraken Lisa over haar onderzoek.
‘Ik heb een achtergrond in medische ethiek en gezondheidswetenschappen,’ vertelt Lisa. ‘Daardoor neig ik naar onderwerpen die een ethisch én een medisch component hebben. Vrouwspecifieke gezondheid valt daar zeker onder.’
Mensen met menstruatieklachten niet naar de huisarts
‘Onderwerpen als menstruatie, maar ook de overgang en bijvoorbeeld vulvakanker, vallen onder een zeker taboe. In principe is menstruatie normaal, maar doordat iedere vrouw+ hier andere ervaringen mee heeft en door het taboe-imago wat er nog steeds op zit, bestaan er allerlei ongeschreven regels. Denk aan de klassieker: naar de wc gaan met een tampon verstopt in je mouw. Door dit imago gaan mensen met klachten ook niet snel naar een huisarts. We doen met z’n allen een beetje alsof menstruatie niet echt bestaat, en welke klachten er wel of niet bij horen weten we niet goed.’
Lisa werkt als promovendus in het Máxima MC. ‘Daar zitten ook veel arts-onderzoekers. Zij houden zich vooral bezig met de klinische kant en behandelingen, zoals voor pijn bij endometriose en hevig bloedverlies. Het is best moeilijk en uitdagend om financiering te krijgen voor dit soort onderzoeken. Gelukkig is mijn promotor, gynaecoloog en hoogleraar Marlies Bongers, echt een voorvechter van aandacht creëren voor vrouwspecifieke gezondheid. Menstruatieproblematiek uit de taboesfeer halen is haar missie.’
Menstruatieverhalen van 33 mensen
Afgelopen januari lanceerde Lisa daarom samen met het Máxima MC en UMCG een nieuwe module over menstruatie op Praten Over Gezondheid: Menstruatieverhalen. De module bevat verhalen van 33 mensen, waaronder vrouwen en transmannen. Hun ervaringen laten een brede diversiteit zien: van diagnoses zoals endometriose, myomen (vleesbomen) en hevig bloedverlies, tot ongesteld zijn zonder klachten. Lisa: ‘Het doel is meerledig. We hopen met de modules voor alle mensen die menstrueren inzicht te geven in hoe anderen het ervaren, dus erkenning en herkenning te creëren. Als tweede is het inzichtelijk voor de omgeving: iedereen dus eigenlijk. Hoe is dat voor iemand, menstrueren? En ten slotte is het informatie voor huisartsen en zorgverleners. Die impact van mogelijke hevige klachten op iemands leven krijg je er misschien niet altijd uit in een tien-minutengesprek. Met 33 interviews hebben we een heel brede groep laten zien in alle lagen van de samenleving, bestaand uit mensen van verschillende achtergronden en leeftijden. Ook is er variatie van weinig last tot mild, tot hevige last en bepaalde diagnoses.’
Waarom heb je er juist voor gekozen voor het delen van ervaringsverhalen?
‘De website werkt volgens een bepaalde methode, ooit ontwikkeld aan de Universiteit van Oxford. Database of International Patient Experiences (DIPEx). Het idee van die methode is dat je met een wetenschappelijke methode op een zo breed mogelijke manier een beeld neerzet van patiëntervaringen op een publieke website. Het is een bepaalde manier van analyseren. Wat zijn de thema’s die dan omhoog komen? Zo laten we levenservaringen zien die betrouwbaar en medisch gecheckt zijn.’
Wat is er volgens jou nodig om te zorgen dat vrouwspecifieke gezondheidsklachten serieus worden genomen?
‘Het is makkelijk om te zeggen: we moeten erover praten, het bespreekbaar maken. En dat is een goede eerste stap. Maar daar moet het niet bij blijven. Het is belangrijk dat er meer geld naar onderzoek gaat. We weten van heel veel dingen niet precies hoe vaak ze voorkomen, hoe ze ontstaan, wat je eraan kunt doen, etc. Er moet een cultuurshift komen. Maar ik vind het moeilijk om te zeggen hoe dat moet gebeuren. Ik ben toevallig het boek van Angela Maas (De gezondheidskloof: Waarom vrouwen nog steeds op achterstand staan) aan het lezen. Daar gaat het over het waarom achter die vraag. Er zit ergens iets dat ervoor zorgt dat we klachten en pijn van vrouwen minder serieus nemen dan van mannen. Het begint bij het benoemen daarvan. Open zijn over klachten. En ook harde getallen noemen. 25-30% van de vrouwen heeft last van hevig menstrueel bloedverlies. Dat komt echt vaak voor!’
‘Tegelijkertijd wil je ook niet dat informatie stigmatiserend of discriminerend gaat werken. Dat mensen denken ‘heb je weer zo’n vrouw, met al die klachten’. Dus dat vind ik best ingewikkeld. Hoe ga je daar nou mee om?’
Ten slotte: waar ben je trots op?
‘Ik ben trots op de grote variatie van mensen die we hebben gesproken, en dat dat gelukt is. Dat heeft best wat tijd en energie gekost. Ik vond het heel belangrijk om vrouwen van kleur en met een migratieachtergrond te laten zien. We hebben met een buurtcentrum samengewerkt, en in het buurthuis een groepssessie gedaan. Er waren 15 vrouwen gekomen, dat was een heel erg leuk gesprek. Er werd veel gelachen. Er waren mensen die nog nooit met iemand over hun menstruatie hadden gepraat! Daar ben ik trots op. Die variatie heeft heel veel opgeleverd en die module rijker gemaakt. Daar ben ik heel blij mee.
Er is nog wel werk aan de winkel. Bij ons op de afdeling gynaecologie wordt er ook weinig over menstruatie gepraat door collega’s onderling, terwijl dat voornamelijk vrouwen zijn. De dag na de lancering kwamen er opeens allemaal gesprekken op gang. Heerst er dan zelfs op ónze afdeling een taboe? Dat was erg mooi, te zien dat dat een onderwerp werd. Ik hoop dat het doorzet.’
Meer informatie? Bekijk alle ervaringsverhalen op Praten Over Gezondheid.
Vrouw+: vrouwen en mensen die menstrueren
Menstruatieverhalen
Lees en bekijk hier 33 ervaringen van mensen met een menstruatie. Hoe ervaren zij dit?
Interview Lisa Zuidema in de NRC
Meer weten over Lisa’s onderzoek? Lees het interview in de NRC.
Groen/gezond? Met Janneke de Jong – de Vries: buitenfysiotherapeut in Tilburg
Contact met de natuur draagt bij aan een betere gezondheid – mentaal en fysiek. Maar… hoe ga je hier concreet mee aan de slag? Waar begin je en hoe zorg je dat patiënten en cliënten daarna zelf eigenaarschap nemen? In de rubriek ‘Groen/gezond?’ interviewen we steeds een gezondheidsprofessional die bijdraagt aan de beweging van mensen verleiden naar de natuur. In deze editie praten we met Janneke de Jong – de Vries, buitenfysiotherapeut in Tilburg.
Natuur voor Gezondheid toolkit
De toolkit Natuur voor Gezondheid is bedoeld om professionals in de eerstelijnsgezondheidszorg en welzijns- en sportsectoren snel op weg te helpen naar laagdrempelige informatie over hoe ze natuur kunnen integreren in hun werkwijze. Daarmee is er nu één centrale plek met tips, materialen, kennis en inspiratie. Van zelfzorgadvies tot behandeling buiten in een groene omgeving. De pagina is elk moment gratis raadpleegbaar voor hulpmiddelen en goede voorbeelden. Natuur voor Gezondheid is een initiatief van Alles is Gezondheid in samenwerking met Vereniging Arts en Leefstijl. Bekijk hier de inhoud.
Janneke de Jong – de Vries is buitenfysiotherapeut, oefentherapeut Mensendieck, vrouw van, en moeder van 2 kinderen. Ze groeide op tussen de bollenvelden bij de Keukenhof. Altijd buiten spelen: ‘met een bootje in de sloot en in het weekend (verplicht) wandelen in de duinen, bos of aan het strand. Voor mij heel normaal en nooit bij stilgestaan.’ Tot ze ideeën kreeg over fysiotherapie en oefentherapie aan huis zonder praktijkruimte. Wat voor verschillende leefomgevingen waren er allemaal (in te zetten)?
Oefening in eigen huis
Met 20+ jaar ervaring als oefentherapeut Mensendieck en 15+ jaar als fysiotherapeut is Janneke’s werkwijze steeds verder ontwikkeld. ‘Na twee zwangerschappen zat ik niet goed in mijn vel en ging ik veel wandelen. In die wandelingen zocht ik de plukjes natuur in mijn omgeving op. Pas toen werd ik me echt bewust van de (grote) behoefte aan natuur, buiten zijn en bewegen.’ Toen ook cliënten merkten dat wandelend kennismaken en behandeling in eigen omgeving waardevol was, begon ze aan haar ontwikkeling tot buitenfysiotherapeut. ‘Het eerste idee ontstond in 2012 al. We oefenden een oefening bij een patiënt thuis. Dat bleek daarna veel beter geoefend door die persoon, dan als ik een oefening in de klinische praktijk uitlegde. Thuis op eigen stoel oefenen is kennelijk zo anders, dat de patiënt het sneller overneemt.’

De achtertuin in
Gaandeweg ging Janneke steeds meer naar buiten met haar patiënten. De achtertuin in, of naar het park om de hoek. ‘De ontspanning van het buiten zijn kwam er zo als extra effect bovenop. Bovendien bleek buiten bewegen makkelijker. Misschien had de fysiotherapie meer impact in iemands eigen, vertrouwde omgeving?’ Ze noemt het voorbeeld van een meneer die graag in de tuin werkte, maar daar vanwege rugklachten en een operatie niet goed mee omging. ‘Toen ben ik tijdens zijn revalidatie met hem zijn tuin in gegaan, om daar de oefeningen te doen en te werken aan zijn herstel. Anders zou hij het toch wel doen, met alle risico’s van dien. Dan liever samen, op een goede manier. Hij kan nu weer leuke dingen doen, revalideerde in zijn eigen tuin én het valrisico is voorkomen.’
Voordelen van werken in de natuur
Janneke noemt vier toegevoegde waarden van werken in de natuur, in plaats van binnen:
- Variatie in natuur: ‘het helpt om gevarieerd te bewegen, om niet steeds dezelfde beweging te maken. In de natuur zijn geen twee oppervlaktes gelijk, en je hebt te maken met verschillende weersomstandigheden. Daardoor is het herstel veel completer en breder.’
- De ontspannende, rustgevende werking is actief onderdeel geworden van het proces: ‘de ontspannende werking van buiten zijn helpt altijd bij makkelijker kunnen bewegen en herstellen.’
- Creativiteit en variatie: ‘de meerwaarde van natuur zit ook creativiteit en variatie in soorten bewegingen. Ik zet van alles in als oefeninstrument: takken, een hekje, boomstammen. Ik kijk op die manier sterk naar natuurlijke bewegingen. Waar is de mens op gemaakt qua bewegen? Zitten op de grond of op een steen is dan natuurlijker dan op een stoel. Hekje? Er omheen, overheen of onderdoor. Zou je makkelijk moeten kunnen, daar zijn we op gemaakt. Zo gebruiken we de natuur als sport-gymzaal.’
- Automatische effecten: ‘Er zijn natuurlijk nog veel meer voordelen aan buiten zijn die ik niet actief gebruik, maar die wel mooi meegenomen zijn. Bijvoorbeeld het bloeddrukverlagende effect.’
Deze optelsom levert meerwaarde voor de patiënt: behandelingen hebben blijvend impact omdat de mensen die bij Janneke komen zelfherstellend vermogen opbouwen. ‘Zo hebben ze mij niet meer nodig. Mijn doel is altijd geweest om mezelf overbodig te maken. Ik loop letterlijk en figuurlijk een stukje mee en help daar waar het nodig is. Maar daarna kan iemand het zelf.’
Effect natuur op fysieke gezondheid
Er wordt veel gedeeld over het effect van natuur op mentale gezondheid, maar juist ook fysiek heeft buiten oefeningen doen veel impact. ‘Natuur heeft voordelen op het gebied van bloeddruk, spierspanning, en algemene pijn. En dan niet alleen pijnbeleving, maar echt pijndemping. Mensen krijgen meer gedaan buiten. Er is positieve afleiding, de stofjes uit de natuur hebben een positieve werking op beweging, en het daglicht op de stemming. Fysiotherapie in de natuur is erg toegankelijk. Je hoeft niet op zoek naar een stuk ongerepte natuur, je mag veel kleiner denken. Wat is er aan parkjes in je eigen wijk?’
Ja, beaamt ze, in de duinen bewegen heeft misschien een ander effect dan in een stadspark. ‘Maar ik heb ook cliënten die thuisgebonden zijn en misschien eens in de zes weken naar buiten gaan voor een pedicure. Die mensen hebben niets aan oefeningen in het bos, maar wel aan zo’n klein stapje. Een paar keer goed ademen in de deuropening heeft voor hen dan écht effect.’ Ze raadt aan om creatief te denken. Wat kun je zien en vinden in de omgeving om je heen?
Buitenfysio niet gecontracteerd
Financieel gezien wordt de behandeling betaald door de patiënt: de buitenfysio is niet gecontracteerd bij zorgverzekeraars. Dat kan namelijk alleen als je praktijkruimte hebt, en dat wil Janneke niet. ‘Via de aanvullende verzekering is het deels vergoed. Ik merk dat de patiënten op ’t eerste oog vinden dat het best wat geld is. Totdat ze merken dat ze vrij snel zelf aan de slag kunnen. Omdat ze in hun eigen tuin of wijk terecht kunnen, voelt het herstel laagdrempelig. Ze hebben dan geen reistijd, en combineren nut en ontspanning. Er zijn dan weinig sessies nodig, dus uiteindelijk zien ze de meerwaarde wel.’
Zien huisartsen de meerwaarde van buitenfysio?
Hoe gaat de samenwerking met andere zorgverleners, zoals huisartsen? Initiatief vanuit een groene omgeving werkt niet, denkt Janneke. ‘Huisartsen staan in mijn beleving meer open voor een fysiotherapeut dan een ‘groene’ aanbieder of een trainer. Omdat ze bekend zijn met de competenties van een fysiotherapeut, mag ik langskomen om mijn ideeën te delen. Zorgmedewerkers in de eerstelijnszorg willen logica, wetenschap en onderbouwing zien.’
In haar plaatselijke gezondheidscentrum, waar Janneke’s kantoor huist, is een tuintje. Die wil ze, samen met andere zorgverleners, vergroenen om ook in te zetten. Er zijn nu vier huisartsenpraktijken aanwezig in het gezondheidscentrum, die ze gaandeweg allemaal meekrijgt. ‘Ze krijgen tussendoor mee wat de effecten zijn van de buitenbehandelingen en horen de positieve terugkoppeling in de wandelgangen. Dit maakt ze nieuwsgierig. Vooral de jonge garde huisartsen vindt deze ontwikkeling interessant.’
Wat zou een huisarts dan over de streep trekken om aan groene zorgverlening te denken? ‘Ik sprak een huisarts die enthousiast werd van het idee, maar voor huisartsen is het belangrijk dat het geen extra tijd, moeite of aandacht kost. Hij vindt natuur wel een grote toevoeging binnen de zorg. Wat voor hem goed zou werken is als het in het Zorgdomein geïntegreerd kan worden. Dus als hij iemand naar fysiotherapie wil verwijzen, dat ‘natuur’ dan ook in het rijtje van opties zou staan.’
Aanbod vanuit intrinsieke motivatie
Dus wat is er nodig om zorg in de natuur breder te kunnen aanbieden? ‘Dat zorgverleners het vanuit hun eigen intrinsieke motivatie, zelf gaan ervaren. Natuur en gezondheid wordt steeds meer gecombineerd, bijvoorbeeld buitenpsychologen die sessies buiten organiseren. Daar word ik erg enthousiast van. Buiten zijn is essentieel in gezondheid, en dus in herstel.’
Meer over Janneke
Bekijk Jannekes visie op fysiotherapie en haar aanbod en cursussen op haar website.
Groen/gezond met Karel Bos
Hoe kijkt huisarts en huisartsopleider Karel Bos naar de relatie tussen groen en gezondheid?
Natuur voor Gezondheid
Natuur draagt bij aan een verbetering van de leefstijl, de psychische gezondheid, het afweersysteem en de kwaliteit van de leefomgeving. Hoe werkt dat?
De hoogste tijd voor een veiligere werkcultuur in de zorgsector
Een gezonde werkcultuur in ziekenhuizen is het fundament van goede zorg, maar juist die cultuur laat helaas op nog steeds veel plekken te wensen over. Macht, hiërarchie en respectloos gedrag spelen al te vaak nog op de werkvloer. Margot van Genderen (Algemeen Bestuurslid De Geneeskundestudent), Banu Özbakir (Algemeen Bestuurslid De Geneeskundestudent) en Wico Mulder (jeugdarts Adolescenten, Arts M&G en adviseur Mentale Gezondheid en Welbevinden bij Alles is Gezondheid) schreven een artikel voor Medisch Contact.
Toxische cultuur is structureel probleem
Uit het artikel: ‘Uit recent onderzoek van De Geneeskundestudent (2024) blijkt dat één op de acht geneeskundestudenten tijdens hun coschappen te maken krijgt met ongewenst gedrag, hierbij zijn medisch specialisten vaak betrokken zijn. Eerdere onderzoeken bevestigen dat de toxische cultuur in de zorg geen incident is.
De persoonlijke ervaring van Mulder (co-auteur) van bijna twintig jaar geleden maakt dit pijnlijk duidelijk. Als jonge, bevlogen arts in opleiding werkte hij in een omgeving waar intimidatie en machtsmisbruik gangbaar waren. Uiteindelijk besloot hij te stoppen met zijn opleiding. Jaren later kwamen deze misstanden aan het licht en kregen ze aandacht in de media.
Andere persoonlijke verhalen onderstrepen deze bevindingen. Een van de auteurs werd door een gynaecoloog uitgemaakt voor ‘slechtste coassistent ooit’ en tijdens een operatie vernederd. Dit soort gedrag wordt door de dader vaak niet als uitzonderlijk ervaren, wat het probleem structureel maakt. In de Zembla-podcast Onveilige Artsen (2024) en een enquête van Medisch Contact wordt grensoverschrijdend gedrag in de zorg breed uitgemeten. Meer dan 30% van de artsen meldt ooit grensoverschrijdend gedrag te hebben ervaren, variërend van denigrerende opmerkingen tot ernstige incidenten die onder het strafrecht kunnen vallen.
Veilige werkomgeving cruciaal
Deze cijfers tonen aan dat eerdere pogingen om de werkcultuur te verbeteren onvoldoende effectief zijn. Een veilige werkomgeving is niet alleen een kwestie van fatsoen, maar ook cruciaal voor het behoud van zorgpersoneel en bovenal; de kwaliteit van zorg.’
Wat is de impact van zo’n giftige werkcultuur, en wat zijn de concrete stappen die we kunnen nemen in het verbeteren hiervan? Lees het hele artikel op Medisch Contact.
Expertwebinar over veilige werkcultuur
Naar aanleiding van het artikel in Medisch Contact organiseert Alles is Gezondheid samen met De Geneeskundestudent 18 maart een webinar over dit onderwerp. Een gezonde werkcultuur in ziekenhuizen, praktijken en instellingen is het fundament van goede zorg, maar juist die cultuur laat helaas op nog steeds veel plekken te wensen over. Praat je hierover mee?
Laten we onze (toekomstige) jonge dokters empathisch ondersteunen en gidsen zodat zij kunnen gaan floreren als goede dokter. Wat kunnen we doen om deze cultuurverandering in te zetten? Het expertwebinar op 18 maart biedt een kans om verder in gesprek te gaan en samen te werken aan een veilige werkcultuur in de zorgsector. Het webinar wordt gemodereerd door Wico Mulder. Sprekers in het panel zijn o.a. chirurg Marijn Houwert, staflid traumachirurgie en opleider Heelkunde bij het UMCU. Hij startte op 21 januari met De Vereniging voor Arts en Auto (VvAA) een campagne voor gelijkwaardige samenwerking in de zorg.
Cultuurverandering via de jonge arts
Het evenement Cadeau voor de Co en de A(n)io (CvC&A) draagt ook bij aan cultuurverandering. Dit initiatief van Alles is Gezondheid, in samenwerking met diverse medisch specialisten, De Geneeskundestudent en Student en Leefstijl, richt zich op het versterken van jonge artsen door hen te leren hoe ze grenzen kunnen aangeven en goed voor zichzelf kunnen zorgen. De vierde editie vindt plaats op 10 mei 2025.
Meepraten?
Alles is Gezondheid organiseert samen met De Geneeskundestudent op 18 maart 2025 een expertwebinar over het creëren van een veilige werkcultuur in de zorg.
Cadeau voor de Co en A(n)io #4
Ben jij geneeskundestudent, co-assistent, A(N)IO of jonge dokter? Dan nodigen Alles is Gezondheid, De Geneeskundestudent en Student & Leefstijl jou van harte uit voor een dag vol inspiratie, reflectie en verbinding.