Terug

Zinvol Leven, interview met Machteld Huber

23 november 2020

“Vind wat je ten diepste wilt, dan biedt het leven kansen.”

Haar idee over positieve gezondheid heeft de publieke zorg opgeschud. Niet ziekte maar het vermogen om met levensuitdagingen om te gaan, zou de kern van zorg moeten zijn, stelt Machteld Huber.

“Zingeving zie ik als sterkste gezond makende kracht.”

“Dat lichaam en geest elkaar zo konden beïnvloeden, had niet in mijn geneeskunde opleiding gezeten. Ik concludeerde dat die twee elkaar diepgaand doordringen en beïnvloeden. En dat je dus niet louter materialistisch naar een lichaam moet kijken.”

“Medische kennis is prachtig, maar je moet erg oppassen het gevoel voor je omgeving niet te verliezen.”

Lees het interview uit de Volkskrant (22 november 2020) met Machteld Huber, grondlegger van het gedachtegoed Positieve Gezondheid en oprichter van Institute for Positive Health (iPH) dé motor achter de beweging Positieve Gezondheid.

In haar leven zijn er de ‘gouden jaren’ en de ‘oogstjaren’, maar ook de ‘gehaktmolenjaren’ en de ‘monnikenjaren’ – de behoefte aan ordening en overzicht die kenmerkend is voor haar wetenschappelijke geest, leidt tot deze indeling, zoals ze ook al haar leven lang streeft naar het ontdekken van ‘wetmatigheden in het bestaan’. Bovenal verlangt ze naar harmonie, wat ze omschrijft als ‘het scheppen van evenwicht tussen alle aspecten in mijn leven’.

Harmonie ontbreekt nadrukkelijk in haar jeugd. Machteld Huber brengt die door in een ‘Ot en Sien-dorpje’ op de Veluwe, als middelste van een gezin met drie kinderen. Het huwelijk van haar ouders kenmerkt zich door doorlopend geruzie. Haar adellijke moeder is alcoholiste en niet in staat tot normaal contact met haar kinderen, haar vader is een zakenman die ‘me niet echt ziet’. Wel brengt hij zijn dochter de liefde voor de natuur bij, wat ze als ‘een geschenk voor de rest van mijn leven’ ervaart – wandelen bij zonsopgang levert ‘ongekende ervaringen van schoonheid en harmonie’ op. In haar puberteit voelt ze zich ‘geborgen in de natuur, maar veel minder bij mensen’, ook al omdat de oorlog nog maar twee decennia geleden is: ‘Ik groeide op met het gevoel: de natuur kan wel heerlijk zijn, maar tussen mensen kunnen verschrikkelijke dingen gebeuren.’ Ze bedenkt dat mensen een voorbeeld zouden moeten nemen aan de natuur, ‘met al haar wijsheid en harmonie’.

Om snel het huis uit te kunnen verkiest ze de hbs boven het gymnasium. Daarop volgt een studie geneeskunde in Utrecht, ‘gouden jaren’ in haar herinnering, al gaat ze aan het slot in therapie: ‘Wil ik andere mensen kunnen helpen dan moet ik eerst wat aan mezelf doen, bedacht ik.’ Haar beginnende carrière als arts onderbreekt ze om filosofie te studeren: ‘Na een aantal jaren werken als dokter in een ziekenhuis voelde ik een sterke behoefte afstand van het medische wereldje te nemen om mijn zelfstandig denken te stimuleren.’ Wanneer ze later haar opleiding tot huisarts bijna heeft afgerond, volgen de ‘gehaktmolenjaren’ – tot vier keer toe wordt ze als dertiger ernstig ziek. De lessen die ze daaruit trekt, past ze toe in therapeutisch werk met ‘mensen die echt beschadigd zijn’, zoals drugsverslaafden en mensen met oorlogstrauma’s.

Lees het volledige interview met Machteld Huber in de Volkskrant.

Samenwerking met iPH

Sinds 2020 werken iPH en AiG nauwer samen. Beide organisaties vinden hun bestaansrecht in de omslag van ziekte en zorg naar preventie en gezondheid.