Kennislab

Vind relevante kennis, tools, naslagwerken en leerervaringen uit ons netwerk

Terug

Interview: Schuldhulpverlening draagt bij aan gezondheid

13 november 2018

Een vitalere bevolking die gelukkiger is. Vitalere wijkbewoners, vaders, moeders, leerlingen, mantelzorgers, werknemers, patiënten. Voorkomen – u voelt hem aankomen– is beter dan genezen. Maar zoals zo vaak het geval is met clichés: het is ook echt waar. Voorkomen bespaart narigheid en geld. Vandaar dat ‘Alles is gezondheid’ samenwerking tussen partners faciliteert zodat Nederlanders verleid worden tot gezonder en vitaler gedrag. Ferry Koper, adviseur Alles is Gezondheid, weet er alles van.

Wat is de achtergrond van het Nationaal Programma Preventie ‘Alles is gezondheid’?

Koper: “Het programma is ontstaan op initiatief van de Tweede Kamer en samen met partijen uitgewerkt door het ministerie van VWS, maar het wordt gevormd door het veld, door mensen in organisaties afkomstig van ‘werk’, ‘zorg’, ‘onderwijs’ en ‘wijk’. Vanuit de samenwerking in en tussen deze domeinen proberen we de vitaliteit van de Nederlanders te stimuleren. Ik ben verantwoordelijk voor die benadering vanuit ‘zorg’.”

Op welke wijze brengt het Nationaal Programma Preventie ‘Alles is gezondheid’ een maatschappelijke beweging op gang om Nederland gezonder en vitaler te maken?“

Dat doen we onder meer door op werkende voorbeelden de schijnwerpers te zetten en ze te tonen aan het brede veld. Vaak overzien betrokkenen de vernieuwing, de proceswaarde, niet en is men, terecht, bezig om op een creatieve manier dagelijkse problemen op te lossen. Wij brengen deze vernieuwers bijeen en dan groeit er een nieuwe stroom. Een stroom die de laatste jaren steeds meer door mensen uit verschillende hoeken en in samenwerking met scholen, bedrijven, buurten en de zorg wordt aangezwengeld, omdat de doelen in wezen hetzelfde zijn. Een gezonde wijkbewoner is ook een gezonde werknemer, om maar een voorbeeld te geven. Fantastisch om te zien!”

Jullie werken met ‘pledges’. Wat zijn dat?“

Een pledge is een soort convenant op één A4-tje waarin staat hoe een aantal partijen samen acties organiseert om ons land vitaler te maken. Denk aan een project waarbij een bank, een ziekenhuis, huisartsen, gemeenten, een zorgverzekeraar, een burgerinitiatief en een patiëntenvereniging  de handen ineenslaan. Vaak gaat het om lokaal of regionaal niveau. Ook plaatsen we op onze website filmpjes van mooie initiatieven. Verder organiseren we symposia en bijeenkomsten om kennis actief te kunnen delen en het netwerk te versterken en uit te breiden. We hebben nu 400 pledge-houders en 3.000 partners, zowel publiek als privaat.”

Waarom juist inzetten op vitaliteit?

“Onze gezondheid wordt voor minder dan de helft bepaald door de gezondheidszorg. Andere invloeden zijn bepalender. Er zijn veel factoren die vitaliteit beïnvloeden. Vaak wordt dan gedacht aan de klassieke factoren zoals voeding, alcohol, rookgedrag, bewegen en ontspanning: de bekende onderdelen van een (on)gezonde leefstijl. En dat is goed. Maar interessanter wordt nog de ‘aanvliegroute’. Daar moeten we veel zwaarder op inzetten en dat zien we partners nu ook meer en meer doen. Het is zaak andere, dieper liggende factoren op z’n minst mede onder de loep te nemen; denk aan schulden, armoede, laaggeletterdheid, sociale aspecten, zingevening. Een integrale benadering met als resultaat een vitalere bevolking. Op die manier worden een boel mensen gelukkiger en blijven ze gezonder en vitaler – en weg van de zorg. Dat kost ook nog eens minder.”

Hoe beoordelen jullie wat er aan de hand is en wat werkt?

“Wat er aan de hand is, bepaalt de burger, wijkbewoner, student, leerling, werknemer, patiënt, mantelzorger. 75% van de mensen met schulden heeft gezondheidsklachten. De helft van onze zorgkosten wordt gemaakt door een relatief kleine groep Nederlanders. Daar kun je niet omheen. Het is maar een voorbeeld. En de voorbeelden liggen voor het oprapen. De tendens is dat dergelijke, vaak geclusterde issues gelukkig meer onderkend worden en in gezamenlijkheid en in samenhang bekeken worden en vanuit bewoners worden aangevlogen. Hier kunnen we enorme vitaliteitswinsten boeken.”

Hoe weet je of jullie inspanningen het beoogde effect hebben?“

De Universiteit van Maastricht volgt of onze acties een maatschappelijke beweging op gang brengen en of we op grond van bepaalde indicatoren inderdaad kunnen vaststellen of mensen vitaler en gezonder worden, of onze partners erin slagen een omslag te bewerkstellingen van repareren naar voorkomen, naar vitaliteit. En, er zit dus ook nog een economische component aan: mensen die gezond zijn, zijn arbeidsproductiever. En trouwens ook gelukkiger.”

Welke rol speelt technologie in het vitaler maken van Nederland?

“Technologie kan helpen de gewenste beweging op gang te brengen en te houden, mits die technologie de inhoud volgt. Ik heb lang in de zorgtechnologiebranche rondgelopen. Te vaak nog worden producten ontwikkeld die aanbodgericht zijn en waar niemand echt op zit te wachten. Het uitgangspunt moet de vraag zijn. Mijn advies aan fabrikanten van apps en andere technologie is: kies voor een meer holistische benadering van de mens en zie technologie als een middel in plaats van een doel. Laat je leiden door de inhoud.”

*Dit interview is op 23 maart 2018 verschenen op de website van Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid.

Meedoen?

Met ruim 3000 organisaties werken we aan een gezonder Nederland voor iedereen.