Armoede is een belangrijk gezondheidsprobleem
Inwoners van Utrecht die moeite hebben om financieel rond te komen, hebben drie tot vier keer vaker suikerziekte of een depressie dan mensen met dezelfde opleiding en achtergrond die geen financiële problemen melden.
Dat blijkt uit de nieuwste cijfers van de gezondheidsmonitor die Manja van Wezep van de gemeente Utrecht presenteerde bij een bijeenkomst van de academische werkplaats ‘gezondheidsachterstanden en psychische gezondheid’. In deze werkplaats brengen we beleid en kennis uit de praktijk, van bewoners en professionals uit zorg en welzijn, samen met academische kennis van hogeschool, universiteit en kennisinstituten en gemeente. Om zo met elkaar te werken aan het verbeteren van de psychische veerkracht van en zorg voor mensen met problemen op meerdere gebieden.
Sociale oorzaken
Dit feit is niet verbazingwekkend – we weten immers dat financiële problemen leiden tot chronische stress, en dat chronische stress lichaamsstoffen vrijmaakt die de kans op aderverkalking en suikerziekte verhogen. Armoede verhoogt ook de kans op depressie, en tegelijkertijd versterkt depressie weer die lichamelijke negatieve effecten van chronische stress.
Als je dat realiseert, wordt duidelijk dat we voor preventie van depressies, suikerziekte en hart- en vaatziekten vooral moeten inzetten op de sociale oorzaken. Dat hameren op leefstijl niet helpt als we niet ook armoede bestrijden en mensen met schulden ondersteunen.
Goede schuldhulpverlening
Mensen met financiële problemen komen vaker dan anderen bij de huisarts, maar vertellen meestal niet uit zichzelf dat ze deze problemen hebben. Het zou hen helpen als de huisarts hier actief naar vraagt, en hen de weg wijst naar goede schuldhulpverlening. Als bovendien via de huisarts, de POH –GGZ of het sociaal wijkteam gekeken wordt welke achterliggende problemen spelen en welke ondersteuning iemand daarvoor wil.
Daarnaast weten we dat er verschillende effectieve methoden zijn om stress te verminderen., en om een positief zelfgevoel te versterken. POH –GGZ en welzijnswerkers zouden hiermee erg kunnen bijdragen aan verbetering van de psychische gezondheid van mensen – ook of misschien wel juist bij mensen met financiële problemen.
Warme verwijzing
Kortom, dit voorbeeld onderstreept het belang van een persoonsgerichte, integrale aanpak door professionals, die het vertrouwen hebben van degenen om wie het gaat. Aandacht voor de persoon en diens situatie, op alle terreinen, kan boven tafel krijgen welke problemen er spelen en welke ondersteuning gewenst is. Een warme verwijzing naar de goede hulpverlener of instantie kan vervolgens die ondersteuning realiseren. Dat vraagt om samenwerking tussen zorg en welzijn, en afdelingen werk en inkomen van de gemeente. Want alles is gezondheid.
Over Maria van den Muijsenbergh
Maria van den Muijsenbergh is bijzonder hoogleraar Gezondheidsverschillen en persoonsgerichte integrale eerstelijnszorg aan de Radboud Universiteit en Pharos.